Eindelijk was het eten klaar. Betty schepte de rundvleeskebabs trots op en zette ze als trofeeën voor haar kinderen neer. « Zie je wel? Echte eiwitten. Daar word je sterk van. »
Ze legde de worstjes op de borden van mijn kinderen. « En die zijn prima voor jou. Niet iedereen heeft het beste nodig. »
Vervolgens werden de platen neergezet.
Zodra de eerste hap was genomen, trok Lucas een vreemde blik. Hij kauwde en spuwde toen in een servetje. « Dit smaakt… raar. »
Betty fronste haar wenkbrauwen en probeerde een hap van haar eigen rundvleeskebab. Haar glimlach vervaagde. Het vlees was taai, kraakbeenachtig, bijna oneetbaar. « Wat… wat is er gebeurd? » mompelde ze.
Ondertussen namen mijn kinderen een hap van hun worstjes en grijnsden. Ze waren sappig, smaakvol en perfect gekruid. Mijn dochter likte haar lippen af. « Deze zijn heerlijk, mam! »
Alle ogen waren op mij gericht.
Ik kende Betty’s arrogantie. Daarom had ik de verpakkingen stilletjes omgeruild toen ze niet keek. Het « premium rundvlees » dat ze had meegenomen, was eigenlijk een goedkope bulkverpakking die ik had gekocht voor op de barbecue. De worsten waar ze de spot mee dreef? Die waren ambachtelijk gemaakt door een lokale slager, vol mager vlees en kruiden.
Betty had haar kinderen het ergste gegeven, ervan overtuigd dat ze superieur waren. De mijne was het beste bediend, ondanks haar wreedheid.
En nu stond de waarheid op elk bord geschreven.
Betty’s gezicht werd dieprood toen haar kinderen hun bord wegschoven en luidkeels klaagden: « Dit is vies, mam. »
Lucas grijnsde. « Waarom krijgen we deze troep? »
Betty probeerde haar trots te redden. « Het zal wel de grill zijn… misschien heb ik hem te lang gebakken… »
Maar het was te laat. De zelfgenoegzaamheid was teruggekeerd naar vernedering.
Dave schraapte eindelijk zijn keel. « Eigenlijk komen die worsten van een topslager. Ze zijn gezonder dan het rundvlees. »
Hij glimlachte zwakjes naar mij, alsof hij te laat besefte welke schade zijn stilzwijgen had aangericht.
Mijn kinderen zaten rechterop, met een glimlach op hun gezicht. Voor de verandering waren zij niet degenen die bezweken voor Betty’s arrogantie. Ze aten trots en genoten van elke hap, terwijl hun neefjes en nichtjes zaten te mokken.
Het ging niet alleen om het eten. Het ging om waardigheid, om te bewijzen dat waarde niet wordt afgemeten aan wat anderen vinden dat je verdient.
Voor het eerst die dag voelde ik een sprankje voldoening.