Lila haalde diep adem, alsof ze zich voorbereidde. Daarna duwde ze Evan zachtjes naar me toe.
« Ik heb iemand ontmoet, » zei ze. « Hij wil geen kinderen. Hij biedt me een nieuwe start. Ik verdien een beter leven. »
Mijn hart zonk in mijn schoenen. Ik keek haar aan, zonder te begrijpen wat ze zei.
« Dus je laat je zoon in de steek?! » Mijn stem brak.
Ze klemde haar kaken op elkaar. « Amy, je begrijpt het niet. Voor hem zorgen is… uitputtend. Ik wil een normaal leven. »
Instinctief stapte ik naar voren en sloeg mijn arm om Evans smalle schouders. Hij keek me verbaasd aan, maar zweeg.
‘Je hebt altijd al van hem gehouden,’ zei Lila, haar stem verzachtend. ‘Jij krijgt een betere dan ik.’
Toen, alsof ze de hele scène had geoefend, bukte ze zich, kuste Evan snel op zijn voorhoofd, zette haar koffer op de stoep neer en draaide zich om.
« Wacht, Lila! Wat ben je aan het doen? »
Ze gaf geen antwoord. Ze liep naar een zwarte auto die op haar stond te wachten, opende de deur, stapte in en sloot die achter zich.
Ze draaide zich niet om.
Evan trok aan mijn mouw. Zijn stem was zo zwak dat het me bijna het hart brak.
« Tante… waar gaat mama heen? »
Hoewel mijn benen pijn deden, knielde ik neer en omhelsde hem.
‘Ik ben hier,’ zei ik tegen hem. ‘Ik ga nergens heen. Dat beloof ik je.’
Vanbinnen was ik in paniek. Ik had geen ruimte. Ik had geen geld. Ik had zelfs geen plan. Maar ik had hem, en dat moest genoeg zijn.
Die nacht maakte ik warme chocolademelk met marshmallows voor hem en liet hem in mijn bed slapen. Ik zat urenlang naast hem, luisterde naar zijn zachte ademhaling en vroeg me af hoe iemand zo’n kind in de steek kon laten.
In de dagen die volgden, drong de realiteit hard tot me door. Ik belde Lila wel twaalf keer. Geen antwoord. Ik stuurde haar e-mails, sms’jes en zelfs berichten via Facebook.