
Ik knikte en schepte zonder een woord te zeggen nog meer op zijn bord.
Toen keek ik weer naar Jonah. « Weet je nog dat ik anticonceptie gebruikte? » vroeg ik, mijn stem kalm maar gespannen. « Langdurige anticonceptie, Jonah. Dat wist je. »
« Ik bedoel, natuurlijk, » zei hij, en zijn toon werd zachter toen hij besefte dat de kamer zich tegen hem had gekeerd. « Maar ongelukken gebeuren, toch? »
Ik keek naar mijn man – plotseling een vreemde – en toen naar Sylvia, wier vork midden in de lucht bevroren was. Ze keek me aandachtig aan, niet met medelijden, maar met iets scherpers – iets dat op bezorgdheid leek.
« Denk je dat ik je in de val heb gelokt voor jouw geld, Jonah? » zei ik langzaam.
De vraag bleef als een mes in de lucht hangen.
Je was blut. Ik was degene die fulltime werkte en mijn diploma haalde. Mijn ouders gaven ons een woning. Je had niet eens een rijbewijs – ik reed je overal naartoe. We verhuisden naar een huis waar ik de aanbetaling voor had gedaan. Dus waar heb ik je precies voor in de val gelokt?
Zijn mond ging open en weer dicht.
Alan schraapte zijn keel, maar Sylvia sprak als eerste.
« Jongen, » zei ze zachtjes, haar toon kalm maar snijdend, « denk je echt dat Elena je in de val heeft gelokt? Vooral omdat ze alle reden had om weg te lopen? »
Sylvia wachtte niet op antwoord.
Ze had je niet nodig, Jonah. Dat vergeet je. Ze had een toekomst, een opleiding, een steunsysteem en een familie die haar en de baby zonder blikken of blozen in huis had genomen. Maar ze koos jou. Ze koos ervoor te geloven in wat je zou kunnen worden.
Jonah richtte zijn blik op zijn bord.
« Ze heeft je niet gevangen, » vervolgde Sylvia met vaste stem. « Ze heeft zich om je heen gebouwd terwijl jij nog aan het uitzoeken was welke kant boven was. Ze hield die baby op haar ene heup en jou op haar andere, en op de een of andere manier vond ze toch de kracht om vooruit te komen. »
Jonah staarde nu naar zijn bord, zijn gezicht was rood.