Onze voorouders deden het al. Mensen in Azië, Afrika en delen van Europa doen het nog steeds. Hoe zijn wij westerlingen dan afgeweken van de beste manier om naar het toilet te gaan?
De boosdoener zijn de toiletten zoals wij die kennen. Tronen, noemden ze ze. Het blijkt dat we moeten hurken, niet zitten.
In een onderzoek uit 2003 namen 28 gezonde mensen vrijwillig de tijd op door hun behoefte te doen in drie afwisselende posities: zittend op een standaard toilet, zittend op een laag toilet en hurkend. Ze registreerden niet alleen hoe lang ze erover deden, maar ook hoeveel inspanning ze leverden. Hurken, zo concludeerde het onderzoek, kost minder tijd en moeite.
« Hurken heeft zeker een fysiologisch doel », zegt gastro-enteroloog Anish Sheth, medeauteur van de boeken « What is your poo telling you? » en « What is my urine telling me? ». « Simpel gezegd: het zorgt ervoor dat de dikke darm recht blijft. »
Wanneer we staan, drukt de dikke darm (waar afval wordt opgeslagen) tegen de musculus puborectalis, die de ontlasting incontinent houdt tot het tijd is om het toilet te bereiken. Zitten ontspant deze spier slechts gedeeltelijk. Hurken ontspant hem volledig, waardoor de dikke darm in feite recht komt te staan. Dit vergemakkelijkt de stoelgang.
