De weken na de scheiding vlogen voorbij, maar voor Natalya voelde elke dag als een stille overwinning. De beslissing die ze had genomen, zonder geschreeuw of onnodige conflicten, had niet alleen haar toekomst, maar ook die van haar dochter herdefinieerd. De maatschappij, familie en zelfs Sergey leken niet te begrijpen dat deze simpele handeling van het overdragen van de erfenis meer was dan alleen een financiële beslissing. Het was een daad van overleven, een daad van vrijheid.
Liza, van nature meer gereserveerd dan haar moeder, leek minder geraakt door de gebeurtenis. Toch was het gevoel van veiligheid dat ze diep vanbinnen voelde, tastbaar. Ze had nu de kans om haar eigen pad te kiezen, zonder de constante dreiging van een leven dat werd bepaald door beslissingen die voor haar werden genomen. Dankzij deze erfenis kon Liza zich inschrijven bij de kunstacademie waar ze altijd al van had gedroomd. Het was een kleine overwinning, zeker, maar toch een overwinning.
Elke ochtend controleerde Natalya of haar dochter in orde was. Liza werd wakker met hernieuwde energie en stortte zich met een passie die ze nooit eerder had laten zien op haar schetsen en tekeningen. Deze herwonnen vrijheid bracht een gevoel van welzijn teweeg dat Natalya nooit voor mogelijk had gehouden. De dagen verstreken tussen Liza’s lessen en Natalya’s werk aan nieuwe architectuurprojecten, die ze met hernieuwd enthousiasme had opgepakt.
De herfst was weliswaar mild, maar bracht ook kortere dagen met zich mee. Op een avond, toen ze op het punt stonden samen te eten in hun kleine appartement, stelde Liza haar een vraag. Het jonge meisje was nu rustiger, maar haar ogen, een kalm blauw, zochten nog steeds een beetje troost bij haar moeder.
‘Mam, denk je dat papa spijt heeft van dit alles?’ vroeg Liza, waarmee ze de stilte verbrak die zich al enkele weken had gevormd.
Natalya zette haar bord neer en keek op naar haar dochter, die aarzelend op haar antwoord wachtte. Ze glimlachte vriendelijk, haar hart zwaar van een wijsheid die ze veel te vroeg had verworven.
‘Waar heb je spijt van, mijn liefste? Spijt dat je de waarheid niet eerder hebt ingezien? Spijt dat je me hebt gedwongen een moeilijke beslissing te nemen?’ antwoordde ze kalm.
Liza haalde haar schouders op, met de uitdrukking van een jonge tiener die al veel meer begreep dan ze had gedacht. « Ik weet het niet, maar je lijkt niet meer zo boos. Dat is beter, toch? »