Ik was er weken niet geweest. De volgende ochtend ging ik erheen.
Het slot is vervangen.
Door het raam zag ik nieuwe gordijnen en een koffer in de gang.
Ik belde de politie. Ik legde alles uit: de ontslagpapieren van het ziekenhuis, de vermiste oudere.
Maar omdat de moeder vrijwillig vertrok en er geen tekenen van geweld waren, zei de agent: « Dit is een civiele zaak. U zult naar de rechter moeten. »
Ik heb niet om bescherming gevraagd. Ik wilde er alleen voor zorgen dat mijn moeder veilig was.
Ik vond online een advocaat die gespecialiseerd is in ouderenzorg. Ze was recht door zee, maar vriendelijk.
« Je moet een aanvraag indienen voor noodvoogdij en bewijzen dat je moeder in gevaar is. »
Ik heb de documenten dezelfde week nog ingeleverd.
Drie dagen later gaf een rechter me een tijdelijk contactverbod. Ik had het recht om mijn moeder op te sporen en mee te nemen voor onderzoek.
Maar ik wist nog steeds niet waar ze was.
Ik ging terug naar Shireens winkel en wachtte. De volgende dag zag ik ze.
Marla duwt de kinderwagen. Mama draagt een lavendelkleurige jas en glimlacht flauwtjes.
Ik volgde hen naar buiten en riep:
« Mam! »
Ze draaide zich langzaam om. Haar gezicht lichtte op. « Schatje! Wat doe je hier? »
Marla verstijfde. Haar glimlach bereikte haar ogen niet.
« Ik zou jou hetzelfde kunnen vragen, » zei ik. « Je bent met haar verdwenen. »
« Ik heb haar gered, » snauwde Marla. « Jij hebt haar hier achtergelaten. »
Ik klemde mijn kaken op elkaar. « Ze is gevallen. Ik had geen andere keus. »
Mama keek ons verward aan. « Meisjes, maak geen ruzie… »
Ik haalde de papieren tevoorschijn. « Ik heb een gerechtelijk bevel, Marla. Ze gaat met me mee – voorlopig. »
Marla’s gezicht brak.
« Prima. Maar je zult er spijt van krijgen. Ze heeft mij gekozen. »
Ik antwoordde niet. Ik was gefocust op mijn moeder – moe en magerder dan ik me herinnerde.
We stapten in de auto. Ik bracht haar naar de dokter.
Ze slikte geen medicijnen. Ze was vier kilo afgevallen. De krassen op haar armen waren niet veroorzaakt door de kat, maar door een verwaarloosde huidverzorging.
Later vond ik tientallen flessen wijn onder Marla’s gootsteen.
Ze hielp haar moeder niet. Ze misbruikte haar.
Het ergste? Mama had het niet eens door.
« Ze nam me mee winkelen. We keken films. We hadden plezier. »
Het brak mijn hart.
Omdat ik dacht dat liefde betekende dat je haar beschermde.
Maar misschien betekende liefde voor haar wel dat ze gezien werd.
Ze verlangde naar aandacht, zelfs als dat betekende dat ze moest liegen.