De schitterende belofte van het schoolbal, een vast onderdeel van de Amerikaanse middelbareschoolcultuur , dient vaak als decor voor jeugddrama, maar voor Lucas werd het de smeltkroes waarin hij eindelijk zijn waarden definieerde. Lucas, een jongeman die zijn leven lang zijn hoofd gebogen had gehouden tegen het wrede oordeel van zijn leeftijdsgenoten, werd gedwongen de vooroordelen te confronteren die gericht waren tegen de vrouw die alles voor hem had opgeofferd: zijn grootmoeder, Doris, de conciërge van de school. Zijn besluit om haar als zijn date uit te nodigen, een keuze die met spot en hoon werd ontvangen, leidde uiteindelijk tot een openlijke daad die hem niet alleen respect opleverde, maar ook oprechte waardering van de gemeenschap .
Lucas’ leven begon met verlies. Zijn moeder, Lina, stierf slechts drie dagen na zijn geboorte, en zijn vader was volledig afwezig. Op 52-jarige leeftijd vulde oma Doris het gat op en werd zijn hele wereld. Om hen te onderhouden, nam ze een zware nachtbaan aan als conciërge op de middelbare school waar Lucas later zelf naartoe zou gaan. Ze was een vrouw met een stille kracht, bekend om haar tweedehands boeken, haar laarzen met gebarsten zolen en haar vermogen om de wereld « groot en mogelijk » te laten lijken, ondanks hun bescheiden middelen. Voor Lucas was ze een eenvrouwsdorp, een constante bron van onvoorwaardelijke liefde en stabiliteit, ondanks de financiële druk die het vaak betekende dat ze moeite had om de kosten van het opvoeden van een kind te betalen met een conciërgesalaris.
Lucas beschermde zijn grootmoeder fel en vertelde haar nooit iets over de aanhoudende, kwetsende beledigingen die hij op school moest verduren. De jongens – en sommige meisjes – fluisterden en spotten, noemden hem ‘Dweiljongen’ en maakten gemene grapjes over de geur van bleekmiddel. Het ergste was dat er opzettelijk melk of sap bij zijn kluisje werd gemorst, met spottende briefjes erbij. De gedachte dat zijn grootmoeder zich schaamde voor haar eerlijke, harde werk was ondraaglijk voor hem. Hij beantwoordde de vijandigheid met stilte, kwam thuis om haar aan het lachen te maken en te helpen met klusjes, zodat ze zich op haar gemak voelde na lange, slopende diensten in de grote, onpersoonlijke klaslokalen en kleedkamers.