« Je hebt me gehoord, » antwoordde ze, nog steeds het dienblad vasthoudend, haar uitdrukking vastberaden maar niet boos. « Ik ga niet op deze vloer knielen om je schoenen te poetsen. Ik ben hier om aan je tafel te bedienen, niet om je ego te strelen. »
Het restaurant werd stil. De barman liet bijna zijn glas vallen. De maître d’hôtel verstijfde midden in zijn pas.
Charles’ vrienden lachten nerveus, wachtend op zijn uitbarsting. Hij boog zich voorover, zijn gezicht rood aangelopen. « Weet je wie ik ben? Ik zou dit restaurant wel tien keer kunnen overnemen. Ik zou je eruit kunnen gooien voordat het dessert er ook maar is. »
Amara knikte lichtjes, haar stem nog steeds kalm. « Ik weet precies wie u bent, meneer Whitmore. Iedereen weet het. Maar respect koop je niet met geld. En ik laat me door niemand vernederen. »
Toen gebeurde er iets onverwachts. In plaats van de uitbarsting waar iedereen op had gewacht, zweeg Charles. Zijn hand, die de rand van de tafel vasthield, trilde lichtjes. Voor het eerst in jaren had iemand hem zonder blikken of blozen uitgedaagd.
De spanning liep op. De gasten wisselden ongemakkelijke blikken uit. De machtsverhoudingen veranderden en even leek Charles de weg kwijt.
Zijn ogen zochten de hare, maar Amara’s blik bleef op haar gericht.