ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT

Een vrouw bevalt in een gevangenisziekenhuiskamer: de vroedvrouw komt dichterbij om haar te onderzoeken… en schreeuwt dan van angst.

Een vrouw bevalt in een gevangenisziekenhuiskamer: de vroedvrouw komt dichterbij om haar te onderzoeken… en schreeuwt dan van angst.

Een vrouw beviel in het gevangenisziekenhuis. Een vroedvrouw kwam haar onderzoeken en vervolgens schreeuwde ze het uit van angst.

Die ochtend was het ongewoon stil in het gevangenisziekenhuis. Er waren geen dichtslaande deuren in de gang, noch het gebruikelijke geschreeuw. Alles was te stil, en dat was precies wat storend was.

« Wie staat er vandaag op de lijst? », vroeg de dienstdoende verpleegster, terwijl ze de verfrommelde gevangenenkaarten op tafel legde.

De vroedvrouw, een oudere vrouw met vermoeide ogen, die al gewend was aan moeilijke gevallen, kon haar hoofd nauwelijks optillen.

In al haar jaren in de kolonie had ze veel gezien: gebroken moeders, bevallingen van echtgenotes, tragedies waar niemand later over sprak. Maar iets aan die dag verontrustte haar.

« Gevangene nummer 1462, » antwoordde de verpleegster. « Haar weeën beginnen al. Ze is een maand geleden overgeplaatst vanuit het Oostblok. Ze heeft geen familie, geen papieren, geen medische geschiedenis. Ze spreekt nauwelijks. »

« Hij praat niet? » De vroedvrouw fronste haar wenkbrauwen. « Helemaal niet? »

—Ze knikt alleen maar eenlettergrepig. Ze kijkt niemand in de ogen. Alsof ze opgesloten zit.

De zware deur kraakte. In de kamer, die meer op een cel leek, lag een zwangere vrouw op een smal metalen bed. Ze hield haar handen op haar enorme buik en keek naar de vloer.

Haar gezicht was bleek, haar haar was warrig. Maar er was iets vreemds aan haar stilte: geen angst, geen pijn, maar eerder berusting.

De vroedvrouw kwam dichterbij.

« Goedemorgen, » zei hij zachtjes. « Ik blijf bij je tot de baby geboren is. Sta me toe je te onderzoeken. »

De vrouw knikte lichtjes.

De vroedvrouw boog zich over haar heen voor het onderzoek… en plotseling schreeuwde ze van angst.

—Breng onmiddellijk een priester!

Waar de constante hartslag van een klein hartje had moeten klinken, was er alleen een angstaanjagende leegte. De dokter veranderde van hoek, drukte harder, hield haar adem in… maar niets.

Ze werd bleek.

« Ik hoor geen hartslag, » fluisterde hij.

De bewakers wisselden een blik van verstandhouding uit; er hing spanning in de ruimte.

De weeën werden plotseling heviger; er was geen tijd om al te veel na te denken. De vroedvrouw perste haar lippen op elkaar en riep: « Het spijt me, het spijt me. »

—Haal onmiddellijk een priester! Als het kind dood geboren is, kan het niet in stilte sterven, maar met gebed.

De vrouw in bed zei niets. Ze klemde de lakens stevig tussen haar vingers.

En plotseling hoorde de vroedvrouw weer een geluid. Eerst heel zwak, als een ver fluisterend geluid, toen duidelijker. Het hart… klopte nog steeds. Zwak, onregelmatig, maar het klopte.

« Levend, » fluisterde hij. « Hij leeft… »

Wordt vervolgd op de volgende pagina 👇

Als je wilt doorgaan, klik op de knop onder de advertentie ⤵️

Advertentie
ADVERTISEMENT

Laisser un commentaire