Verboden kus
Die ochtend gingen er geruchten door de gangen: de familie Reed overwoog om de levensondersteuning stop te zetten. Artsen begonnen te praten over « kwaliteit van leven » en « moeilijke beslissingen ».
Emma’s hart brak. Ze kon zich niet voorstellen hem na dit alles te laten gaan.
De eerste zonnestralen van de opkomende zon drongen door de jaloezieën en baadden Alexanders gezicht in een zachte, gouden gloed. Emma kwam trillend dichterbij.
Haar hand streelde zijn wang – koud maar levend.
‘Het spijt me, meneer Reed,’ fluisterde ze, haar stem nauwelijks hoorbaar. ‘Als u weggaat… wil ik u alleen laten weten dat er iemand op u wachtte.’
Voordat ze zichzelf kon tegenhouden, raakten haar lippen de zijne aan – een vluchtige kus, teder en geheim. Een afscheid dat niemand ooit zou weten.
Althans, dat dacht ze.
Ontwaken
Een lichte druk op haar pols deed haar verstijven. Toen weer – harder. Zijn hand bewoog.
De monitor piepte onregelmatig. Emma hapte naar adem.
Alexanders oogleden fladderden… en gingen open. Twee diepblauwe ogen staarden haar aan – gedesoriënteerd, maar levend.
‘Wat… ben je aan het doen?’ Zijn stem klonk schor en zwaar door jarenlange stilte.
Emma hapte naar adem. De man voor wie ze zorgde, met wie ze sprak, van wie ze in het geheim hield – was wakker.
« Ik… het spijt me, » stamelde ze, haar wangen gloeiend. « Ik dacht dat je nooit… »
Langzaam hief hij zijn hand op en probeerde rechtop te gaan zitten. Zijn lichaam beefde, maar zijn blik bleef op haar gericht.
‘Hoe lang nog?’ vroeg hij.
‘Drie jaar,’ fluisterde ze.
Hij keek haar lange tijd aan – niet boos, zelfs niet verbaasd, maar gewoon… nadenkend. « En jij was hier al die tijd. »
Ze knikte, met tranen in haar ogen.
Een lichte glimlach verscheen op zijn lippen. « Dan ben ik je denk ik meer verschuldigd dan alleen een bedankje. »
Eerste omhelzing
Hij hief zijn hand weer zwakjes op. Emma kwam dichterbij om hem te helpen, maar in plaats daarvan trok hij haar in zijn armen.
Haar hoofd rustte op zijn borst. De omhelzing was onhandig, verstrengeld met draden en tranen, maar wel echt.
Even leek de tijd stil te staan. Ze voelde zijn hartslag, onregelmatig maar krachtig – een ritme waarvan ze dacht dat ze het nooit meer zou horen.
De deur vloog open. Verpleegkundigen stormden naar binnen, alarmen gingen af en stemmen klonken luid. « Hij is wakker! Meneer Reed is wakker! »
Emma deed een stap achteruit en veegde haar tranen weg. Maar zelfs toen de dokters hem omsingelden, hield Alexander zijn ogen op haar gericht.
‘Zij…’ fluisterde hij met een zwakke maar zelfverzekerde stem. ‘Zij heeft me teruggebracht.’