ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT

Een stervende vrouw smeekte haar vriendin om voor haar dochter te zorgen.

Ze streelde alleen haar wang en fluisterde:

– Je bent bij mij. En dat betekent dat alles goed is.

Marina kwam bijna elke dag. Ze bracht gekookt eten, schone kleren, stond op een MRI-scan en regelde goede artsen.

– Ik geef niet op, Taniușa. Je zult weer opstaan.

Voor Veroșca. Voor jezelf. We hebben samen al zoveel doorstaan. Dit kunnen we ook aan.

Na een maand zat Tania al op een bankje in het ziekenhuispark.

In de ene hand hield ze een kopje thee, in de andere Veroșca’s hand.

– Weet je… ik heb je gehoord, Vero. In het donker.

Het was alsof een stem me uit een nachtmerrie haalde.

Veroșca kroop tegen haar aan:

– Omdat jij mijn mama bent. En mama’s sterven niet. Ze raken alleen soms de weg kwijt…

Met Nieuwjaar keerde Tania terug naar huis – naar dat huis waarin Marina had beloofd Veroșca’s moeder te zijn. Nu was Marina alleen nog maar vriendin, zus, familie. Ze zei:

– Dit huis is ook van jou, Tania. Leef. Heel.

En weet je wat – we hebben het gehaald.

Veroșca rende door het huis en hing slingers op.

– Denk je dat de kerstman weet dat mama terug is? – riep ze uit een andere kamer.

Tania glimlachte, keek naar de sneeuwvlokken op het raam en fluisterde:

– Als hij het niet wist, dan weet hij het nu zeker.

Ze leefde. Niet omdat er een wonder was gebeurd.

Maar omdat haar dochter in haar geloofde. En haar vriendin. Sterker dan de dood.

In de lente bracht Tania Veroșca al naar school.

Sommige moeders vroegen nieuwsgierig:

– Bent u echt haar moeder? Sorry, maar… men zei toch dat…

Tania glimlachte:

– Het leven houdt van verrassingen.

Maar het was niet makkelijk. Ze begon vanaf nul: zonder papieren, zonder werk, zonder zelfvertrouwen.

Alleen met brokstukken van haar geheugen – en met Marina aan haar zijde.

Marina regelde een baan voor haar bij een liefdadigheidsorganisatie – als administratief assistente.

– Iets rustigs, zonder stress, – zei ze.

– Je moet gewoon weer voelen dat je leeft.

Voor het eerst sinds lange tijd kreeg Tania een salaris.

Bescheiden, maar van haarzelf. Veroșca maakte ’s ochtends haar lunchpakket klaar en liet kleine briefjes achter:

“Je bent sterk, mama. Ik ben trots op je.”

Zo begon Tania haar dag – met die woorden. Als een gebed.

Een jaar later had Tania samen met haar dochter een klein maar warm appartement gehuurd. Tijdens de eerste bezichtiging zei ze tegen de verhuurster:

— Ik heb een zwaar verleden.

Maar nu is alles echt. Ik vlucht niet meer voor het verleden – ik bouw aan de toekomst.

De vrouw kreeg tranen in haar ogen en zei:

— Ik heb mijn dochter ook alleen grootgebracht.

Neem de sleutels. Ik wil dat er in dit huis sterke vrouwen wonen.

Op Moederdag stond Veroșca op school met een microfoon in haar hand en droeg gedichten voor. Aan het einde stopte ze even, keek de zaal in en zei:

— Mijn mama is gestorven. Maar toen is ze weer levend geworden.

Omdat ik heel veel van haar houd. En omdat we tante Marina hebben – zij is ook een mama.

Omdat ze een groot hart heeft.

De hele zaal huilde.

Tania kneep in Marinas hand. Zij glimlachte zacht:

— Nu weet ik zeker dat mijn belofte niet voor niets was.

En Tania antwoordde zachtjes:

Wordt vervolgd op de volgende pagina 👇

Als je wilt doorgaan, klik op de knop onder de advertentie ⤵️

Advertentie
ADVERTISEMENT

Laisser un commentaire