Mijn man nam zijn zwangere maîtresse mee naar ons familiediner, in de veronderstelling dat hij gewonnen had. Maar hij had geen idee wat hem te wachten stond, en zij evenmin.
Mijn naam is Claire. Ik ben 40 en het grootste deel van mijn volwassen leven geloofde ik dat ik iets solides had. Het was niets opvallends of groots. Het was een stille, stabiele vorm van liefde.
Marcus en ik waren dertien jaar getrouwd. We hadden een leven opgebouwd dat er van buitenaf goed uitzag: een gezellig huis in de buitenwijk, twee fantastische kinderen en een agenda vol schoolbezoeken, voetbaltrainingen, verjaardagsfeestjes en winkeluitjes. Ik heb altijd geloofd dat deze kleine, alledaagse dingen de lijm waren die ons bij elkaar hield.
Marcus werkt als projectmanager bij een technologiebedrijf in het centrum. Ik werk parttime als schoolbibliothecaris, waardoor ik vaker thuis ben, en lange tijd beschouwde ik dat als een zegen. Ik kon er zijn voor elke schaafwond, elke boekenbeurs en elk verhaaltje voor het slapengaan.

Een moeder en dochter lezen ‘s avonds een boek | Bron: Pexels
Onze dochter Emma is twaalf, bedachtzaam en gevoelig, met een hoofd vol vragen en een dagboek vol gedichten die ze aan niemand laat lezen. Jacob is negen, vol energie en nieuwsgierigheid, een wandelende wervelwind die altijd voetbalschoenen draagt en constant om toetje vraagt.
We waren nooit perfect, maar we waren wie we waren . Totdat we langzaam ophielden wie we waren.
Het begon zo subtiel dat ik het in eerste instantie bijna niet merkte. Een te late vergadering hier. Een gemist diner daar. Marcus had altijd hard gewerkt, maar er was iets veranderd. Hij kwam niet meer op tijd thuis. Als hij dat wel deed, liep hij langs me heen met een kus en zei iets als: « De vergadering liep uit » of « Nieuw project gestart. Het is een chaos. »
Ik wilde hem graag geloven. Echt waar. Maar de verhalen kwamen niet altijd overeen.

Man die een telefoongesprek voert in zijn kantoor | Bron: Pexels
Hij hielp me niet meer met naar bed gaan, iets wat hij vroeger zo graag deed. Ik trof hem vaak aan in zijn kantoor met de deur dicht, typend of starend naar zijn telefoon. Als ik vroeg waar hij mee bezig was, mompelde hij « Even wat bijlezen » en keek me nauwelijks aan. Soms verliet hij de kamer om een telefoontje aan te nemen en kwam dan terug met een rood gezicht en gespannen.
Ik kon zijn stilte tijdens het diner niet langer negeren.
« Jacob heeft vandaag twee doelpunten gemaakt, » zei ik, in de hoop iets uit te lokken.

Een jongen speelt voetbal | Bron: Pexels
« Dat is leuk, » mompelde Marcus, terwijl hij naar zijn telefoon staarde.