02.00 uur. De deur van de buitenpost vloog open. Michaels hand schoot naar zijn holster… maar bleef halverwege steken.
Een klein meisje, amper zes jaar oud, op blote voeten in de diepe sneeuw, hield een bewusteloze baby tegen haar borst gedrukt. De storm kleefde als wit stof aan haar haar.
Haar ademhaling kwam in vage streepjes, haar lippen bijna zwartblauw. Ze wankelde een keer, fluisterde en viel recht op de grond. « P-alsjeblieft… mijn broer… hij ademt niet… » Michael wist het al: slapen zat er vannacht niet in.
Michael — gebruikte de roepnaam vaker dan zijn echte naam. Jarenlang militair veldwerk hadden hem ertoe aangezet om eerst te reageren en later na te denken.
Hij had soldaten met ontbrekende ledematen opgeknapt, granaatscherven uit nekken gehaald en harten weer tot leven gewekt onder mortiervuur. Maar iets in de manier waarop het meisje die woorden uitsprak, maakte dat al zijn gevechtsherinneringen afstandelijk en klein aanvoelden.
Zijn lichaam bewoog voordat zijn geest kon protesteren. Hij tilde beide kinderen op en sleepte ze naar binnen.
Het meisje, Emma Clarke, was ernstig onderkoeld. De baby, Oliver Clarke, vertoonde geen beweging, geen pols, geen geluid.
Michael legde hem op het dichtstbijzijnde vlakke oppervlak en begon met reanimatie van de baby. Hij trok zijn eigen jasje uit en wikkelde het om Emma heen tussen de borstcompressies door.
De verwarming in het clubhuis brulde en overstemde bijna al het geluid, maar niets kon de spanning die in de lucht hing verbergen.
Emma legde in fragmenten uit terwijl Michael aan het werk was: de vriend van hun moeder, Rick Dalton, had hen alleen achtergelaten in een afgelegen huurhuisje buiten Anchorage.
Geen verwarming. Geen elektriciteit.
Toen Oliver ophield met bewegen, droeg ze hem naar buiten en liep bijna anderhalve kilometer op blote voeten door de sneeuw. Ze kon zich maar één ding herinneren: ‘de jongens van de club helpen soms mensen’.
Minuten verstreken. Michaels maag kromp ineen in een knoop die hij tot nu toe niet herkende – woede, angst, bescherming. Toen stikte de baby, hapte naar adem en hoestte als de kleinste explosie van leven. Emma snikte van opluchting en had maar één vraag: « Gaat hij het overleven? »
Michael hield zijn stem kalm en zijn handen stil. « Ik ga alles doen wat ik kan. »