De zon scheen fel die ochtend, maar Adrien Veyron, een van de jongste miljonairs van de stad, voelde alleen leegte vanbinnen.
Voor de buitenwereld was hij onaantastbaar — rijk, machtig, bewonderd. Maar achter de poorten van zijn uitgestrekte landgoed verteerde twijfel hem.
Bijna een jaar had hij gedate met Cassandra, een glamoureuze vrouw die in de hogere kringen bewonderd werd.
Ze was alles wat men van de vriendin van een miljonair verwachtte — perfect, modieus, geliefd.
Toch werd Adrien gekweld door één vraag: hield ze van hem, of alleen van zijn fortuin?
In een roekeloze beslissing bedacht hij een wrede test. Hij vertelde Cassandra dat hij gewond was geraakt bij een auto-ongeluk en niet meer kon lopen.
Hij zou doen alsof hij gebonden was aan een rolstoel, kwetsbaar en gebroken, om haar ware hart te zien.
Zou ze blijven en voor hem zorgen, of hem verlaten zodra zijn rijkdom zijn glans verloor?
Aanvankelijk speelde Cassandra haar rol goed.
Ze klampte zich in het openbaar aan hem vast, poseerde met dramatische medeleven op sociale media en vertelde haar vrienden hoeveel ze van hem hield ondanks zijn toestand.
Maar achter gesloten deuren verschenen scheuren. Ze zuchtte ongeduldig wanneer hij om hulp vroeg. Ze begon vaker “naar evenementen” te verdwijnen.
En wanneer ze dacht dat niemand keek, veranderde haar genegenheid in irritatie.
Adrien’s borst werd zwaarder met elke dag die voorbijging. De test werkte, maar bracht alleen pijn.
Op de achtergrond van zijn ellende was iemand die hij nauwelijks had opgemerkt: Marbel, een stille dienstmeid die slechts enkele maanden eerder in het landhuis was komen werken.
Ze was niet glamoureus of luidruchtig. Ze droeg een nette paarse uniform en droeg zichzelf met stille waardigheid.
Maar toen Cassandra haar ogen rolde toen Adrien worstelde om zijn glas water te pakken, was het Marbel die het voorzichtig in zijn hand legde.
Toen Cassandra weigerde zijn rolstoel te duwen, deed Marbel dat stilletjes, hem door de tuinen leidend met vaste stappen.
Adrien begon haar anders te zien. Ze keek niet naar hem met medelijden of hebzucht. Ze keek naar hem als een man — gewond, maar nog steeds menselijk, nog steeds waardig respect.
En voor het eerst in jaren roerde iets in Adrien’s hart.
Dagen werden weken, en Cassandra’s masker viel volledig weg. Adrien zag haar minachting steeds duidelijker bij elke ontmoeting.
Ze bespotte hem openlijk in privé, hem “een schaduw van de man die hij vroeger was” noemend.
Het breekpunt kwam op een avond tijdens een weelderig terrasfeest. Cassandra, gekleed in diamanten en zijde, lachte luid voor haar vrienden.
Met een wrede grijns wees ze naar Adrien die in zijn rolstoel zat.