6. De nieuwe realiteit
Margaret en Thomas werden geboeid uit het ziekenhuis verwijderd. Dat was niet in triomf, maar in diepe schande. Ze werden beschuldigd van zware mishandeling en konden rekenen op lange gevangenisstraffen.
Dagen later werd ik de neonatale intensive care (NICU) binnengereden. Ik keek naar mijn kleine, vechtende baby, veilig in zijn couveuse, vastgebonden aan een dozijn fragiele slangetjes, maar levend. Ik had de gelukzalige onwetendheid van mijn oude leven verloren, maar ik had een nieuwe, felle helderheid gekregen.
Mijn advocaat belde om de uiteindelijke overwinning te bevestigen: de rechtbank had een beslissende uitspraak gedaan. Dankzij de geregistreerde mishandeling had ik de exclusieve, permanente voogdij. De Sterling-tegoeden werden door de staat bevroren in afwachting van de rechtszaak. De laatste woorden van mijn advocaat waren simpel: « De valstrik werkte perfect. Ze hebben geen toegang tot het kind, het geld of jou. »
Ik keek naar mijn zoon, zo klein, zo kwetsbaar, een nietig wezentje dat met alles wat hij had vocht om te overleven. Ik stak een vinger uit en raakte zachtjes zijn hand aan. Ik was verraden door de man van wie ik hield, aangevallen door zijn wraakzuchtige moeder, maar ik had het overleefd. En ik had gewonnen. Mijn stilte was geen zwakte. Het was het stille, efficiënte en verwoestende geluid van een geladen en afgevuurd geweer.