
Stoofvlees een beetje zoals mijn moeder hem maakte.
-
Vlees voorbereiden
-
Dep de riblappen droog en snijd in stevige blokken.
-
Bestrooi licht met bloem, zout en peper.
-
Aanzetten
-
Verhit wat boter of olie in een zware stoofpan.
-
Bak de stukken vlees rondom bruin aan (in delen, zodat ze mooi kleuren).
-
Haal het vlees eruit en zet apart.
-
Ui en kruiden
-
Fruit de ui in dezelfde pan tot goudbruin.
-
Voeg laurier en kruidnagels toe.
-
Blussen en vloeistoffen
-
Blus af met de Westmalle Dubbel en laat even bruisend inkoken.
-
Voeg water en bouillon toe.
-
Doe het vlees terug in de pan.
-
Peperkoek en azijn
-
Roer een plak peperkoek (met mosterd erop gesmeerd) door het stoofvocht.
-
Voeg een scheut balsamicoazijn toe voor extra diepte.
-
Stoven
-
Laat op heel laag vuur zachtjes sudderen met de deksel half op de pan.
-
Stooftijd: 2,5 à 3 uur, tot het vlees boterzacht is.
-
Roer af en toe en voeg eventueel wat water of bouillon bij als het te dik wordt.
-
Afwerken
-
Bind eventueel nog wat extra met een lepeltje bloem of maïzena als de saus te dun is.
-
Breng op smaak met zout en peper.
-
Bestrooi vlak voor serveren met verse peterselie.
Serveer met:
-
Frieten
(klassiek Belgisch)
-
Aardappelpuree of gekookte aardappelen
-
Of zelfs een stuk stevig brood om in de saus te dippen