Stap-voor-stap handleiding voor homemade focaccia bread
Oké, hier komt het leuke gedeelte! Ik neem je stap voor stap mee door het proces van het maken van de perfecte focaccia. Weet je wat het fijne is? Het is echt niet moeilijk, maar een paar kleine details maken wel een groot verschil. Dus let goed op en volg gewoon mijn tips – dan komt het helemaal goed!
Het deeg maken
Allereerst: meng de bloem, gist en zout in een grote kom. Ik gebruik altijd een houten lepel om te beginnen, omdat dat het makkelijkst werkt. Voeg dan langzaam het lauwe water toe terwijl je blijft roeren. Als het deeg een beetje plakkerig wordt, kun je overgaan op kneden met je handen. Het is belangrijk om goed te kneden – ik doe dit meestal zo’n 8 tot 10 minuten. Je merkt vanzelf wanneer het deeg klaar is: het wordt glad en elastisch. Als je er met je vinger in prikt en het deeg veert terug, dan ben je er! Voeg dan de olijfolie toe en kneed nog even door tot alles goed gemengd is.
Eerste rijsfase
Nu is het tijd om het deeg te laten rijzen. Ik dek de kom altijd af met een schone theedoek en zet hem op een warme, tochtvrije plek. Bij mij is dat vaak bovenop de koelkast of in de buurt van de verwarming. Laat het deeg minstens een uur staan – het zou ongeveer moeten verdubbelen in grootte. Als je het deeg na een uur indrukt en het blijft een kuiltje houden, dan is het goed gegaan. Geduld is hier echt een schone zaak, dus niet te snel willen!
Vormgeven en afbakken
Nu komt het creatieve gedeelte! Vet een bakplaat goed in met olijfolie en leg het deeg erop. Druk het deeg voorzichtig uit met je handen tot het de hele bakplaat bedekt. Maak je geen zorgen als het niet perfect is – juist die onregelmatigheden geven focaccia zijn karakteristieke uitstraling. Bestrijk de bovenkant royaal met olijfolie en druk met je vingers kleine kuiltjes in het deeg. Strooi dan de rozemarijn en een flinke snuf zeezout erover. Bak de focaccia in een voorverwarmde oven op 220°C voor ongeveer 20 minuten, of tot hij goudbruin en heerlijk krokant is. En dan… genieten!