Status van getrouwde vrouw
Ik koos altijd de partij van mijn moeder, ik hield van haar, maar ik was niet echt haar kind, ik was haar mantelzorger. Soms zette ze zich even over haar straatvrees heen. Bijvoorbeeld toen ze rijlessen nam, 250 lessen maar liefst, maar het rijbewijs heeft ze nooit gehaald. We dachten dat ze verliefd was op de rijinstructeur, een lieve Italiaanse man. Die lessen betaalde m’n zuinige vader dan weer wél. Dat moesten we weten ook. Daar had-ie het vaak genoeg over. Uiteindelijk zijn ze gescheiden, wat m’n moeder lang heeft tegengehouden, want ze wilde de status van getrouwde vrouw liever niet kwijt.
/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F08%2F9VRG0eK9yU8N6K1754387978.png)
Ik denk weleens dat ik interviewer ben geworden, omdat ik thuis nooit antwoord kreeg op m’n vragen. M’n moede zei altijd: ‘Ach, laat toch zitten, jongen’. M’n vader kwam altijd met een of andere zware filosoof aan. Als interviewer laat je je niet met een kluitje in het riet sturen, maar bij je ouders neem je genoegen met onvolledige antwoorden. Je vraagt niet door, je legt je neer bij hun antwoord, terwijl je voelt dat het niet de hele waarheid is.
Aan het eind van haar leven bleek m’n moeder opeens heel verrassend te reageren toen ze niet alleen kon blijven in haar Amsterdamse huis, waar ze 45 jaar gewoond had. Een speciaal voor haar ingericht huisje bij mijn broer Tom vond ze veel te donker, maar toen ze daarna in een Goois pension trok, zei ze: ‘O, wat is het hier fijn licht’. Eindelijk verlost van haar straatvrees?’