Uitsluitend ter illustratie.
Op een middag, zittend op de tuintrappen onder de citroenboom die Daniel had geplant, vroeg Emily zachtjes:
“Waarom ben je voor mij teruggekomen?”
Michael glimlachte, zijn ogen vriendelijk.
‘Omdat je vader ooit voor me opkwam toen niemand anders dat deed. En toen ik je die dag alleen zag… herkende ik diezelfde moed in jou. Ik heb hem beloofd dat ik zou beschermen wat hem het meest dierbaar was.’
Emily legde haar hoofd tegen zijn schouder, haar tranen warm, maar niet verdrietig.
Ze was veilig.
Ze was geliefd.
Ze was thuis.