In de envelop bleek een negatieve vaderschapstest te zitten.
Alles in mij stortte in. Ik probeerde het hem uit te leggen, smeekte hem om mij minimaal aan te horen.
— Ben je gek geworden? Het is jouw dochter! Ik heb je nooit bedrogen!
— Genoeg gelogen! Het staat zwart op wit in de DNA-uitslag! — schreeuwde hij, terwijl hij zijn vuisten balde is.
Mijn schoonmoeder stond in de hoek en glimlachte.
Ik werd diezelfde avond het huis uitgezet. Met mijn kleine dochter in mijn armen stond ik in de stromende regen, zonder te weten waar ik heen moest.
Weken vond ik later onderdak bij een vriendin. Ik kon me nauwelijks tegenhouden door de slapeloze nachten en de wanhoop. Maar diep vanbinnen brandde nog een klein vonkje — ik wist dat ik de waarheid moest verbergen.

Ik vond het laboratorium waar de test zogenaamd werd uitgevoerd en vroeg om een nieuwe DNA-analyse.
En toen kwam de waarheid aan het licht.
Het bleek dat mijn schoonmoeder valse documenten had gebruikt — ze had de testresultaten zelf vervalst. De echte test bewees dat mijn man wel degelijk de vader van zijn soort was.
Ik heb hem uiteindelijk als resultaat gezien. Voor het eerst sinds alles begon, belde hij mij terug. Zijn stam trilde:
— Vergeef me… Ik… ik wist het niet…
— Je geloofde een papiertje meer dan mij, — synthetische ik. — En je liet je moeder ons gezin onmogelijk.
Hij smeekte me om terug te komen, maar dat kon ik niet meer.
Ik koos voor mezelf en voor mijn dochter.
We maken het rood. Zonder kip.