Niet boos. Niet verbaasd. Gewoon… teleurgesteld.
We zaten in de woonkamer. Onze baby lag huilend op de bank tussen ons in. Ik had net een drukke werkdag achter de rug, mijn voeten deden pijn, en ik was bezig het avondeten te koken toen hij – zonder enige ironie – zei:
« Schat, dat is toch echt een vrouwentaak. »
Ik kon er niets op zeggen. Niet omdat ik geen woorden had, maar omdat ik wist dat woorden hem niet zouden raken. Hij had het immers zelf nooit hoeven doen. Ik was degene die ’s nachts opstond. Ik was degene die de poepluiers verschoonde. Ik was degene die ‘tijd nam van het werk’ alsof de baby alleen van mij was.
Dus ik maakte een plan.
De volgende ochtend begon zijn les.
Ik stond op, maakte mezelf klaar, pakte mijn tas, gaf de baby een kus en zei:
« Ik ben de hele dag weg. Succes vandaag, papa. »
Hij keek op, nog geeuwend. « Wat bedoel je? »
« Ik moet werken. Jij bent vrij. Het is jouw beurt. »
En ik vertrok.
Gedurende de dag kreeg ik de ene na de andere app binnen: