Uiteindelijk was Caleb de ware held van dit verhaal. Hij wachtte omdat hij bewijs wilde. Hij volgde zijn instinct en werkte maandenlang samen met een rechercheur – dossiers controleren, feiten bevestigen en een zaak opbouwen die niet zomaar terzijde geschoven kon worden.
Hij wist dat Rowan geen genoegen zou nemen met louter vermoedens. En hij had gelijk. Zijn woorden waren gedurfd, ongemakkelijk, zelfs pijnlijk – maar hij redde haar.
En hij heeft mij ook gered.
We hebben Arthur nooit meer gezien. Hij belde niet. Hij probeerde zich niet te verdedigen. Misschien wist hij dat er niets meer te zeggen viel.
Na verloop van tijd kreeg Rowan haar eigen appartement. Ze begon met therapie. Ze ging een paar dagen alleen naar Colorado. En op een avond, onder het genot van een kop koffie aan mijn keukentafel, zei ze:
« Ik weet niet wat de toekomst voor me in petto heeft, maar ik weet tenminste weer wie ik ben. »
Ik glimlachte.
« Je wist het altijd al, » antwoordde ik. « Je was het alleen even uit het oog verloren. »
Ze stak haar hand uit en schudde de mijne.