– Gaat het wel?
– Beter dan ooit.
Quan ging naast haar zitten, zette de bloemen op tafel en gaf toen stilletjes een envelop.
– Dit is een kopie van de echtscheidingspapieren die je advocaat me stuurde.
De andere dag zei je: als Khai eerst de papieren indient, geef dit dan aan mij om te tekenen.
Hanh opende het en tekende zonder aarzeling.
Ze keek naar Quan, haar ogen helderder dan ooit:
– Vanaf nu leef ik niet meer voor iemand anders.
Ik hoef mezelf niet te dwingen een ‘goed genoeg’ vrouw te zijn, noch te doen alsof het goed gaat als ik moe ben.
– Ik ben hier.
Niet om iemand te vervangen, maar om er voor je te zijn als je me nodig hebt.
Hanh knikte zacht.
Een traan viel – maar niet van pijn.
Maar van opluchting.
Een week later ontving Khai een exprespostpakket.
Het was een volledig getekend echtscheidingsvonnis.
Bijgevoegd was een klein handgeschreven briefje:
“Bedankt dat je ervoor koos te vertrekken, zodat ik niet langer hoef te proberen vast te houden aan iemand die al losgelaten heeft.
Degene die achterblijft ben ik niet.
Dat ben jij – voor altijd iemand verliezen die je ooit met alles hield.”
Op dat moment begreep Khai:
de persoon die dacht dat hij het initiatief had, was degene die genadeloos was verlaten.
