Hij was doorweekt en verslagen aangekomen, in de veronderstelling dat hij zijn enige kans had verspeeld. En toch had het helpen van een vreemdeling hem naar een deur geleid waarvan hij nooit had gedacht dat hij er ooit op zou kloppen.
Hij herinnerde zich de stem van zijn moeder: « De wereld kan hard zijn, maar word er zelf geen. » Hij glimlachte in zichzelf. Misschien wist ze altijd al dat dat uiteindelijk zijn ware kracht zou zijn.
Luis begreep toen iets wat op geen enkele universiteit wordt onderwezen: de grootste kansen komen niet altijd vermomd als onmiddellijk succes. Soms zitten ze verborgen in beslissingen die de logica lijken te tarten, in gebaren die niemand opmerkt, in de keuze om te stoppen terwijl iedereen doorgaat.
Het helpen van de oude vrouw had hem een sollicitatiegesprek gekost, jazeker. Maar het had een machtige man iets laten zien wat geen enkele titel kon garanderen: een oprecht hart. En dankzij die tengere vrouw, die in de regen bij een bushalte zat, had zijn leven een wending genomen die hij nooit had verwacht.
Terwijl hij over de natte stoep liep, zijn kleren nog vochtig maar zijn geesteslicht, voelde Luis iets wat hij al lang niet meer had gevoeld: hoop. Een ander soort hoop, niet gebaseerd op geluk, maar op de zekerheid dat hij het juiste had gedaan.
En ze begreep dat, hoewel de wereld snel en egoïstisch is, vriendelijkheid nog steeds van onschatbare waarde is. Vroeg of laat vindt het leven een manier om terug te geven wat jij geeft… soms net wanneer je denkt dat je alles kwijt bent.