Toen kwam het moment dat voor altijd in ons geheugen gegrift zou staan. Alsof hij de definitieve aard van het moment aanvoelde, stond Rex op en liep naar de kist. Zonder aarzelen sprong hij erop, ging liggen en legde zijn hoofd op de vlag, zijn ogen gesloten alsof hij nog één keer de aanwezigheid van oom Mateo probeerde te voelen. Een collectieve zucht ging door de menigte, terwijl de tranen rijkelijk vloeiden uit de ogen van degenen die zo hard hadden geprobeerd hun kalmte te bewaren.
Op dat moment stortten alle emotionele forten die we hadden opgebouwd in. Het was alsof Rex het verdriet uitdrukte dat we allemaal voelden, maar niet in woorden konden vatten. De aanblik van zulke rauwe emoties van een dier, ongefilterd en oprecht, was zowel hartverscheurend als prachtig. Het herinnerde ons aan de diepe verbondenheid die tussen soorten kan bestaan, een verbinding die alle logica tart en puur gedijt op liefde en loyaliteit.
Terwijl ik daar stond, met tranen die over mijn wangen stroomden, besefte ik dat dit niet alleen een eerbetoon was aan oom Mateo, maar ook aan de band die zijn leven had bepaald. Het was een aangrijpende herinnering dat liefde een taal is die luider spreekt dan woorden, een kracht die ons samenbindt in de donkerste tijden. Toen we afscheid namen, wist ik dat, hoewel oom Mateo er niet meer was, zijn geest voortleefde in de harten van degenen die hij had geraakt – en in de onwrikbare loyaliteit van een Duitse herder genaamd Rex.