Laten we stap voor stap gaan:
Ik heb 6 eieren. Begingetal = 6 eieren
, ik heb er 2 gekraakt.
Nu heb je nog 4 hele eieren over, maar je hebt ze nog allemaal (de gebarsten eieren zijn er nog, alleen gebarsten).
Ik heb er 2 gebakken.
Meestal, om een ei te bakken… Je moet het eerst kraken! Dus de 2 die ik heb gebakken, zijn waarschijnlijk dezelfde die ik heb gekraakt.
Ik heb er 2 gegeten.
En natuurlijk, als ik ze bakte, at ik ze later op. Het is dus zeer waarschijnlijk dat de twee die ik heb gegeten ook dezelfde zijn die ik heb gebakken en gekraakt.
Dus… Hoeveel eieren heb ik nog?
Als ik 2 eieren breek, bak en eet, blijven de resterende 4 eieren intact. Er wordt geen verdere actie met betrekking tot hen vermeld.
🟢 Goed antwoord: 4 eieren.
Waarom hebben de meeste mensen het bij het verkeerde eind? 🔍
De truc is om je voor te stellen dat je twee verschillende eieren hebt gebroken, er nog twee hebt gebakken en er nog twee hebt gegeten, alsof het zes verschillende eieren zijn. Maar de tekst zegt niet dat ze allemaal verschillend zijn; Het vermeldt alleen acties, en deze acties kunnen naar dezelfde eieren verwijzen.
Dit leert ons een cruciale les: we reageren vaak zonder analyse, projecteren onze aannames in plaats van zorgvuldig te lezen.
Heb je goed geantwoord of niet? Reageer op je antwoord en daag je vrienden uit! Dit soort mentale uitdagingen zijn een geweldige manier om je hersenen actief te houden. Als je van logica-, geheugen- en concentratie-uitdagingen houdt, ga dan verder met het verkennen van onze sectie puzzels en hersentraining.