Toen Sienna’s man met een jongere collega op zakenreis vertrok, ontdekte ze een verraad dat niet alleen haar vertrouwen schokte. Maar een wanhopig telefoontje midden in een sneeuwstorm veranderde alles. Dit is een verhaal over gebroken gezinnen, de stille last van loyaliteit en wat het werkelijk betekent om thuis te komen.

Ik zal Camerons stem die avond nooit vergeten – trillend, schor van de kou en met een ondertoon van iets nog ergers: angst. Maar voordat ik je over dat telefoongesprek vertel, moet ik bij het begin beginnen.
Ik ben Sienna, een 35-jarige thuisblijfmoeder. Mijn man, Cameron, is manager bij een middelgroot technologiebedrijf en heeft de afgelopen tien jaar alle treden van de carrièreladder beklommen. We hebben een 15-jarige zoon, Benjamin, die ik kreeg toen ik nog studeerde. Het leven was toen chaotisch – vol pijn, tranen en opofferingen – maar elke seconde was het waard. Benjamin is gevoelig, slim en veel te oplettend voor zijn eigen bestwil.
En dan is er Lucy. Lucy is Camerons assistente. Ze is 27, verfijnd, scherpzinnig, ambitieus – alles wat een assistente zou moeten zijn. Sterker nog, ze is altijd… altijd aan zijn zijde. Toen ze nauw gingen samenwerken, probeerde ik volwassen te blijven. Ze was gewoon een collega, een gedreven jonge vrouw die aan haar carrière werkte. Ja, ik was jaloers – maar niet op de manier die je zou denken. In het begin was het omdat ze een baan had, een doel buiten huis. Ze kon… dingen doen. Ondertussen voelde ik me vastzitten. Toch blonk ze uit in haar rol.
Maar na verloop van tijd stapelden de problemen zich op. Cameron bracht meer tijd met haar door dan met mij. Late vergaderingen. « Snel een drankje » na het werk. Conferenties die ze « moesten » bijwonen. Dus toen hij op een avond thuiskwam en terloops een vierdaagse zakenreis met Lucy noemde, voelde ik die bekende steek in mijn maag. Hij zag er nerveus uit, alsof hij al wist wat ik zou vragen.
‘Gaat Lucy ook mee?’ vroeg ik. ‘Ja, ze gaat mee,’ aarzelde hij. ‘Maar het is puur professioneel, Sienna. Zelfde hotel, zelfde presentaties. Alles staat gepland.’ ‘Ik begrijp dat het je werk is,’ knikte ik. ‘En dat accepteer ik. Maar laat ik het je duidelijk maken, Cameron. Mijn vertrouwen in jou zal gebroken zijn zodra ik erachter kom dat je iets voor me verborgen hebt gehouden. Begrijp je dat?’ ‘Ik begrijp het,’ zei hij, hoewel zijn ogen een tegenspraak uitstraalden.
Een paar avonden later, terwijl ik de was aan het opvouwen was, vond ik Camerons koffer open op het bed. Een opgevouwen papiertje stak uit het zijvak. Een hotelreservering. Twee namen. Eén kamer. Eén tweepersoonsbed. Niet eens aparte bedden.