Een eigenaardige geur, die soms wordt waargenomen in de aanloop naar het overlijden, roept vragen op over de grens tussen biologisch fenomeen en subjectieve ervaring. Dit artikel onderzoekt de spanning tussen wetenschappelijke verklaringen en de diepte van de menselijke waarneming rondom dit olfactorische mysterie.
De wetenschap onderzoekt deze complexe vraag, die een rol speelt in de wisselwerking tussen intuïtie, lichamelijke veranderingen en emotionele gevoeligheid, met steeds grotere belangstelling.
Onze persoonlijke geur, een spiegel van de veranderingen in ons.

Naarmate het leven ten einde loopt, ondergaat ons lichaam een reeks intieme transformaties. De stofwisseling vertraagt, de ademhaling verandert en de huid wordt gevoeliger… Al deze veranderingen kunnen de natuurlijke geur van een persoon subtiel beïnvloeden.
Onderzoekers merken op dat bepaalde biochemische stoffen, met name die welke vrijkomen bij de afbraak van eiwitten, onze reukzin subtiel kunnen veranderen. Dit is geen plotselinge omwenteling, maar eerder een langzame, vaak subtiele evolutie die alleen zeer gevoelige neuzen kunnen waarnemen.
Deze schommelingen zijn te vergelijken met die veroorzaakt door een sterke emotie, koorts of intense stress: ons lichaam heeft zijn eigen taal en zendt boodschappen uit die onze psyche waarneemt, soms zonder dat we ons daarvan bewust zijn.
De neus, bewaker van onze herinneringen.

Van al onze zintuigen is geur waarschijnlijk het zintuig dat het meest direct communiceert met ons emotioneel geheugen. Een simpele geur kan in een oogwenk een weggestopte herinnering, een verloren gevoel of een oude zorg terugbrengen. Daarom associëren sommige dierbaren een bepaalde geur bijna onuitwisbaar met de laatste momenten die ze samen hebben doorgebracht.
Dit fenomeen is niet altijd puur fysiek; het komt vaak voort uit een psychologisch mechanisme: onze hersenen projecteren een emotioneel geladen ervaring op het bijbehorende geurlandschap. Later is het simpelweg oproepen van die geur voldoende om alle bijbehorende herinneringen te wekken.
Het beruchte « geur des doods » waar we soms over horen, is dus eerder een gevolg van een intens moment dan een universeel en objectief biologisch signaal.