
Gisteren heb ik onderdak verleend aan de familie van mijn zus. Toen ik ‘s avonds thuiskwam van mijn werk, deed ik de deur open en schreeuwde ik van angst.
Ik probeerde hem aan te zetten, maar hij ging niet aan. Toen zag ik dat iemand het snoer uit het stopcontact had getrokken – en ook uit het stopcontact! Ik kan me niet voorstellen hoe dat mogelijk was! Ik was woedend. Ik had net mijn afbetalingsplan beëindigd. Ik belde mijn zus en vroeg wie het gedaan had. Ze vertelde me kalm dat het gewoon spelende kinderen waren… Toen ik haar om geld terug vroeg, weigerde ze en zei:
« Het is een schande voor mijn neefjes, hè? » Ik voelde me niet schuldig en vroeg ze zo snel mogelijk te vertrekken. Ik gaf ze zelfs geld voor een hotel. De volgende dag stond mijn telefoon roodgloeiend van telefoontjes van familieleden die me van allerlei zonden beschuldigden. Ze beschuldigden me van slechte dingen. Iedereen zei dat familie belangrijker was dan wat dan ook. Mijn geduld was op!