Joaquim heeft de put voorgoed afgesloten.

« De doden worden geëerd, » zei hij. « Wat overblijft, kan rusten. »
Er ging een decennium voorbij. Maria, nu 73, en Joaquim, 68, zaten te schommelen op de veranda.
« Weet je wat ik soms denk? » mompelde hij, terwijl hij haar hand pakte. « Dat al het kwaad dat mijn grootvader daar beneden verborgen hield, toch iets goeds in mijn leven heeft gebracht. Het heeft jou gebracht. »
Maria kneep zachtjes in zijn hand.
“Het was niet het kwaad, Joaquim. Het was God. De waarheid moest aan het licht komen, en wij… wij kregen een tweede kans.”
‘Ik hou van je, Maria das Dores,’ zei hij, met een glinstering in zijn ogen. ‘Het begon als een afspraak, maar je bent mijn leven geworden.’
‘Ik hou ook van jou,’ glimlachte ze. ‘En elke dag dank ik God dat ik in die put ben afgedaald.’
Toen Maria op 81-jarige leeftijd overleed, begroef Joaquim haar op een vredige plek op het landgoed met uitzicht over de velden. Drie jaar later werd hij zelf ook begraven. Haar kleinkinderen erfden Santa Rita en hielden haar verhaal levend – het verhaal van een vrouw die op 63-jarige leeftijd in de duisternis belandde en eruit tevoorschijn kwam met gerechtigheid, waardigheid en een nieuw leven.