Het gewicht van een verlossing
Zijn greep was stevig, koud en beledigend. Ik keek even naar zijn hand en vervolgens weer naar zijn gezicht. ‘Ik raad u aan uw hand onmiddellijk terug te trekken, specialist,’ zei ik, zonder mijn stem te verheffen. ‘Dit is uw laatste kans om te redden wat er nog over is van uw carrière.’
Hij stond op het punt te antwoorden toen een stem vanuit de kamer galmde, een stem die gevormd was door decennia van bevelvoering en gevechten. « MILLER! »
De specialist verstijfde, lijkbleek. Commandant Henderson, een legendarische figuur binnen het regiment, kwam met vastberaden passen op me af. Zonder de jongeman een blik waardig te keuren, stopte hij voor me en, tot ieders verbazing, beantwoordde hij mijn onberispelijke groet.
Ik glimlachte hem even toe. « Hallo, Robert, » zei ik eenvoudig.
Het woord « Mogadishu » was genoeg om Millers zekerheden aan het wankelen te brengen. Toen ik een zware herdenkingsmunt, gemerkt met het CIA-zegel en het motto « The First In », uit mijn jaszak haalde, trilden zijn handen toen hij die in ontvangst nam.
Ik herinnerde hem aan Panama, 1989, Rio Hato, niet uit ijdelheid, maar als een feit. Ik was erbij geweest, officieel een burger, maar midden in de actie, waar ik inlichtingen doorgaf en vuursteun verleende, en zo een heel peloton redde.
De komst van kolonel Thorne verdreef alle resterende onduidelijkheid. In het bijzijn van iedereen maakte hij mijn identiteit en achtergrond bekend en herinnerde hen eraan dat respect niet wordt afgemeten aan leeftijd of uiterlijk.
Vervolgens stelde ik kalm een nuttige sanctie voor: een maand vrijwilligerswerk bij gewonde veteranen. Een les in dienstbaarheid, in de puurste zin van het woord.