En zo gebeurde het.
Hij stopte met het verzinnen van excuses voor mijn moeder. Hij luisterde, kwam opdagen en steunde me in moeilijke tijden. Hij zei niet alleen dat hij van me hield, hij bewees het.
Ik vergaf hem. Niet omdat ik vergeten was wat er gebeurd was. Maar omdat hij veranderd was.
De familie die we kozen.
We hebben Denise sindsdien niet meer gezien. Haar laatste bericht was een mix van excuses en smoesjes. Ik heb haar nummer geblokkeerd.
Adams vader kwam echter een paar weken later opdagen. Stil. Veranderd. Hij vroeg niet om uitleg. Hij begon gewoon langs te komen. Nu neemt hij speelgoed mee. Leest verhaaltjes voor voor het slapengaan. Blijft lang genoeg om te helpen, maar niet lang genoeg om te storen.
Hij is niet langer de man die Adam dacht dat hij was. Maar nu probeert hij de man te zijn die aan zijn zijde staat.
Onze zoon groeit snel. Hij rent, lacht, noemt me ‘mama’ en strekt vrolijk zijn armen uit naar Adam.
De DNA-tests liggen ergens onaangeroerd in een la. We hebben ze sinds die dag niet meer geopend.
Omdat we aan niemand meer iets hoeven te bewijzen.
Wij weten wie wij zijn.
En nog belangrijker: we weten wie er niet in dit verhaal passen.