
Binnenin de naad, tussen de zachte stof, glinsterde iets vreemds en scherps. Ze streek met haar vingers — en trok meteen haar hand terug: kleine, roestige metalen naalden, ook ze verborgen zaten in geheime zakjes in de naad, prikten elke keer in de tere huid van de baby zodra hij bewoog.
Alles werd in één opslag oog duidelijk. Dit gehuil was geen kinderlijk driftbui-gehuil — het was een pijn van pijn.
Met afschuw keek de moeder naar de piepkleine wondertjes, de rode vlekken die al begonnen te ontsteken. Haar hele lijf trilde van angst. In haar hoofd schoten nachtmerries voorbij — wat als het metaal besmet was? Wat als de infectie al binnen was?
Met vooralde handen trokken ze het noodlottige babypakje uit en rende zonder om het huis uit naar het ziekenhuis te kijken.

De kunsten werden bleek toen hij de toestand van de baby zag. Schaafwonden, blauwe plekken, roestvlekken — dit kon vreselijke gevolgen hebben. De baby kreeg onmiddellijk verbandjes, er werden tests uitgevoerd op infecties.
Gelukkig bleek dat de wonden oppervlakkig waren en er nog geen infectie was. Maar de pijn, veroorzaakt door de nalatigheid van de fabrikant, had bijna geleid tot een echte tragedie.
Gelukkig had de moeder het op tijd opgemerkt en hulp gezocht.