Het begon allemaal met gemak: geen gedoe meer met kasverschillen, geen risico op overvallen en geen medewerkers die handmatig moeten tellen. Vooral grote ketens, bioscopen, horecazaken en sportcomplexen schakelden massaal over op alleen pinnen. Zelfs kleine ondernemers volgden, mede omdat digitaal betalen steeds goedkoper werd.
Daarbij kwam de pandemie, waarin contant geld soms werd gezien als onhygiënisch. Daardoor versnelde de trend nog verder.
Maar achter die digitale vooruitgang zat een probleem dat steeds zichtbaarder werd: een grote groep Nederlanders kan niet goed overweg met digitale betaalmiddelen. En dan gaat het niet over ‘geen zin hebben’, maar over echte beperkingen, beperktere digitale kennis of simpelweg angst om fouten te maken.
Meer dan een miljoen Nederlanders lopen vast bij de kassa
Uit meerdere onderzoeken blijkt dat meer dan één miljoen Nederlanders moeite heeft met digitaal betalen. Denk aan:
-
ouderen die nooit zijn opgegroeid met internetbankieren
-
mensen met cognitieve beperkingen
-
consumenten met schulden of bewindvoering
-
mensen die geen smartphone hebben of het niet kunnen betalen
-
groepen die contant geld gebruiken om overzicht te houden
Voor hen is digitaal betalen geen gemak, maar een extra drempel. Wat voor de één een simpele handeling is, kan voor de ander stress, schaamte en onzekerheid opleveren.
Het gevolg: mensen die niet kunnen pinnen, konden soms letterlijk geen drankje kopen in de sportkantine, geen kaartje kopen bij een museum of zelfs geen brood meer halen bij een buurtwinkel.
En dat, zegt het kabinet, is “maatschappelijk onacceptabel”.

Waarom contant geld opnieuw verplicht wordt
Vanaf 2027 moeten vrijwel alle fysieke winkels en instellingen opnieuw contant geld accepteren. Het kabinet maakt daarmee duidelijk dat betaalgemak niet ten koste mag gaan van toegankelijkheid.
Ondernemers die nu volledig pin-only zijn, moeten opnieuw:
-
een kassalade installeren
-
procedures ontwikkelen voor geldbeheer
-
medewerkers trainen in omgaan met cash
-
beveiligingsmaatregelen treffen
Voor kleine ondernemers die net waren overgestapt, voelt dat als een stap terug. Maar voor miljoenen consumenten voelt het als opluchting.
De overheid noemt drie hoofdredenen:
1. Toegankelijkheid en inclusie
Iedere Nederlander moet zelfstandig boodschappen kunnen doen, zonder afhankelijk te zijn van technologie of hulp van anderen.
2. Continuïteit van het betalingsverkeer
Bij een pinstoring, cyberaanval of zelfs een grote stroomstoring is contant geld de enige betrouwbare backup.
3. Vertrouwen in het systeem
Cash geeft gebruikers controle. Je ziet wat je hebt, wat je uitgeeft en hoeveel er overblijft. Vooral mensen die moeite hebben hun financiën te beheren — en die eerder bijvoorbeeld een goedkope lening afsloten om rond te komen — ervaren contant geld als een ankerpunt.