Als je een tomaat ziet die er zo uitziet, eet hem dan niet op! Hieronder lees je wat het echt betekent en wat je vervolgens moet doen!

Voorkomen is natuurlijk beter dan genezen. Het gezond houden van je planten begint met observeren. Controleer je tuin dagelijks – vooral onder bladeren en langs stengels – op tekenen van knaagschade of uitwerpselen. Maïsrupsen kunnen bijvoorbeeld naadloos opgaan in tomatenbladeren en zo lang worden als een vinger, waardoor ze de plant ‘s nachts kaalvreten. Als je een rups ziet, verwijder hem dan met de hand en gooi hem in een sopje.

Regelmatig water geven is ook essentieel. Wanneer planten periodes van droogte en vervolgens te veel water krijgen, kan de plotselinge verandering ervoor zorgen dat de vruchten barsten of splijten, waardoor er zwakke plekken ontstaan ​​waar ongedierte of schimmel kan gedijen. Door regelmatig en ruim water te geven aan de voet van de plant, blijft de bodem gelijkmatig vochtig en wordt dit probleem voorkomen.

Als vogels of eekhoorns een probleem vormen, probeer dan een barrière te plaatsen. Lichte netten of afdekzeilen kunnen ze weghouden, terwijl reflecterende tape, aluminiumfolie of oude cd’s tussen stokken gespannen ze kunnen afschrikken. Je kunt zelfs de natuur een handje helpen – planten zoals basilicum, goudsbloemen en knoflook verspreiden sterke geuren die veel ongedierte afstoten en bestuivers aantrekken. Bovendien zorgen ze ervoor dat je tuin er prachtig uitziet en heerlijk ruikt.

Een schone tuin is van het grootste belang. Afgevallen fruit, dode bladeren en hoog onkruid vormen broedplaatsen voor insecten en knaagdieren. Verwijder regelmatig afval en composteer rottend fruit, ver weg van de actieve tuinperken. Hoe netter de tuin, hoe minder ongedierte u zult tegenkomen.