ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT

Een politieagent ontdekt een klein meisje alleen in een verlaten huis, met een handgemaakte pop in de hand. « Mama zei dat Mea geheimen bewaart, » fluistert ze. Ze heeft geen gegevens, geen verleden – niets. Net als hij op het punt staat weg te lopen, glipt de pop uit haar handen en wat eruit valt, verandert alles.

De herfstwind droeg een kou die door het uniform van agent Thomas Shepard sijpelde terwijl hij patrouilleerde langs de vergeten randen van Pinewood. Op zijn achtenvijftigste, met pensioen nog maar een paar maanden te gaan, had Tom alles gezien – althans dat dacht hij. Dertig jaar later had de macht hem gehard en een rustige man achtergelaten die zich met mechanische precisie door zijn dagen bewoog, een bolwerk tegen de emotionele getijden die hem ooit hadden bedreigd te verdrinken.

« Dispatch naar Unit 14, » kraakte de radio. « We hebben een melding van verdachte activiteiten op 1623 Maple Lane. Waarschijnlijk weer gewoon kinderen. »

Tom zuchtte, het geluid was een klein wolkje in de koude lucht. « Eenheid 14 reageert. »

De buurt was ooit gevuld met gezinnen, de lucht was dik met de geur van barbecue en het geluid van het gelach van kinderen. Economische tegenspoed had het echter langzaam leeggemaakt, waardoor verlaten huizen als stille getuigen van betere tijden overeind bleven. Tom stopte bij een verweerd huis met twee verdiepingen, de vervaagde blauwe verf bladderde weg als oude herinneringen. Op het eerste gezicht leek niets ongewoon. De tuin was overwoekerd, de ramen donker – gewoon weer een leeg huis dat wachtte op de terugkeer van het leven. Maar iets deed Tom pauzeren terwijl hij zijn zaklamp over het terrein veegde. Daar een flits van kleur tegen het bruine, gematteerde gras in de zijtuin.

Zijn hart ging sneller kloppen toen hij naderde wat een klein bundeltje kleren leek te zijn. Maar kleding heeft geen kleine, vuile vingers. Of verward, geklit haar. Of – zijn adem stokte in zijn keel – oppervlakkige, wanhopige ademhaling.

‘Lieve God,’ fluisterde hij en viel onmiddellijk op zijn knieën naast het figuurtje. Een klein meisje, niet meer dan zeven of acht, lag opgerold op haar zij, een gevallen blad in een vergeten wereld. Haar kleren hingen aan haar dunne lichaam en haar huid was bleek als maanlicht. Maar wat Tom het meest opviel, waren haar ogen – groot, diepbruin en op de een of andere manier nog steeds fel alert ondanks haar toestand. Die ogen richtten zich op de zijne met een intensiteit die zijn handen deed trillen toen hij naar zijn radio reikte.

Als je wilt doorgaan, klik op de knop onder de advertentie ⤵️

Advertentie
ADVERTISEMENT

Laisser un commentaire