Plastic verpakkingen zijn alomtegenwoordig in ons dagelijks leven: van de waterflessen waarin we drinken tot de voedselverpakkingen in onze keuken. Toch negeren de meeste mensen het kleine reliëfdriehoekje en het nummer dat erop staat. Deze symbolen zijn niet zomaar willekeurige markeringen; Ze spelen een essentiële rol in de levenscyclus van kunststofproducten. Als consumenten deze symbolen begrijpen, kunnen ze beter geïnformeerde keuzes maken en hun recyclingpraktijken verbeteren.
De verhoogde driehoek en het nummer begrijpen
De verhoogde driehoek, vaak het « recyclingsymbool » genoemd, is een universele indicator voor de recyclebaarheid van een plastic product. In de driehoek staat een getal tussen 1 en 7: de Resin Identification Code (RIC). Deze code identificeert het type plastic dat wordt gebruikt, een cruciaal element voor de juiste verwerking van afval door recyclingbedrijven.
Advertentie
Betekenis van elk nummer
1. PET of PETE (polyethyleentereftalaat): Dit zijn bijvoorbeeld flessen water en frisdrank. Zeer gebruikelijk en over het algemeen eenvoudig te recyclen.
2. HDPE (HogeDichtheidPolyethyleen): Denk aan melkkannen, wasmiddelflessen en plastic zakken. Het is duurzaam en grotendeels recyclebaar.
3. PVC (polyvinylchloride): Gebruikt voor buizen, vinylgevelbekleding en sommige verpakkingen. Het is moeilijker te recyclen en wordt niet overal geaccepteerd.
4. LDPE (Low Density Polyethylene): Dit is een flexibel materiaal, vergelijkbaar met plasticfolie of boodschappentassen. Het is recyclebaar, maar kan niet altijd aan de stoeprand worden gegooid; Soms heb je een afleverpunt nodig.
5. PP (polypropyleen): Yoghurtpotjes, flessendoppen of rietjes. Dit materiaal is duurzaam en steeds beter recyclebaar.
6. PS (polystyreen): Polystyreen bekers, afhaalbakjes of plastic bestek. Lichtgewicht en daardoor vaak moeilijk te recyclen; op veel plaatsen wordt dit niet geaccepteerd.
7. Overig: Dit is de allesomvattende oplossing voor kunststoffen die niet in de maten 1-6 passen, zoals polycarbonaat (standaard babyflessen) of gemengde kunststoffen. Er zijn veel verschillende recyclingopties, maar dit is vaak het minst recyclebare.
De geschiedenis en ontwikkeling van kunststofidentificatiecodes
Het harsidentificatiecodesysteem werd in 1988 geïntroduceerd door de Society of the Plastics Industry (nu bekend als de Plastics Industry Association). Dit systeem is ontwikkeld om recyclingbedrijven te helpen kunststoffen efficiënter te sorteren en te verwerken, aangezien elk type kunststof specifieke behandelings- en verwerkingstechnieken vereist.
Waarom bestaan er plastic identificatiecodes?
Er zijn verschillende redenen waarom plastic identificatiecodes bestaan, die allemaal bijdragen aan een duurzamer en efficiënter gebruik van plastic. Ze helpen recyclingprocessen te stroomlijnen, consumenten te informeren, fabrikanten te ondersteunen, naleving van regelgeving te waarborgen en veiligheidsnormen te verbeteren.
Reden 1: Faciliteren van recyclingprocessen
Recyclingbedrijven gebruiken de harsidentificatiecode om kunststoffen nauwkeurig te sorteren. Elk type kunststof heeft unieke eigenschappen die bepalend zijn voor de verwerking ervan. PET (polyethyleentereftalaat) wordt bijvoorbeeld vaak gerecycled om nieuwe flessen te maken, terwijl HDPE (hogedichtheidpolyethyleen) vaak wordt gebruikt om hout te maken.
